Op 26 september jl. vond in de Nicolaikerk in Utrecht de presentatie plaats van maar liefst twee boeken: Een Schatkist van Overdracht door Geschriften van de 14e-eeuwse boeddhistische dzogchen-yogi Longchenpa én de toelichting daarop Parels uit de Schatkist van Longchenpa, geschreven door Hans Knibbe, grondlegger en leraar van de School voor Zijnsoriëntatie.
Alles wat te horen en te zien was die middag ademde zowel feest als dankbaarheid. Daar waren goede redenen voor en die brachten de verschillende sprekers op hun eigen wijze naar voren.
Na het welkomstwoord door Liesbeth Wolfkamp, voorzitter van de stichting Zijnsoriëntatie werden beide boeken gepresenteerd door Marjolein Peters, bestuurslid van de stichting, en door Gerolf T’Hooft, uitgever bij Asoka. Vervolgens werden de boeken aangeboden aan Hans Knibbe.
Daan Goedhart vertelde over het zeven jaar durende vertaalproces van het meesterwerk van Longchenpa vanuit het Engels naar het Nederlands. Toen hij het eerste hoofdstuk had vertaald, heeft Hans Knibbe hem gevraagd om het hele boek te vertalen. Daan was zo gegrepen door de directheid van de teksten, dat hij daarmee verder is gegaan. Gaandeweg voelde hij zich een vertolker van de yogi worden.
Daarna deed Jan Geurtz, leraar Tibetaans boeddhisme, uit de doeken hoe gelukkig hij was geweest toen hij Longchenpa ontdekte, omdat hij daardoor toegang kreeg tot een spiritueel weten zonder religieuze poespas.
Hans Knibbe, die het vertaalproces superviseerde, noemde het verschijnen van de Nederlandse vertaling een mijlpaal. Behalve dat de Schatkist voor hem een ongeëvenaarde tekst is als het gaat om een introductie in non-duaal gewaarzijn, is het uitbrengen van deze vertaling een gift aan de Nederlandstalige beoefenaars van dzogchen en daaraan verwante spirituele stromingen. Hierdoor is de schat van Longchenpa toegankelijk gemaakt. Het boek de Parels uit de Schatkist, dat als toelichting en verdieping daarop is geschreven door Hans Knibbe, kan de toegang nog verder vergroten.
Toen ten slotte, afgewisseld met gitaarmuziek van Jan Duindam, korte passages uit de Schatkist werden voorgelezen, weergalmde de ruimte in de woorden en werd de intentie daarvan verklankt. Wat Longchenpa had geschreven, als een overdracht door geschriften, vond hier ter plekke plaats.